Projecten
Lopende projecten
Betere uiergezondheid door monitoren herstel bij mastitis (MastiMan)
Dit project dat kortweg MastiMan wordt genoemd heeft als doel het uiergezondheidsmanagement op Vlaamse melkveebedrijven in kaart te brengen en te optimaliseren aan de hand van informatie en sensordata die vandaag reeds beschikbaar is.
Wat gaan we concreet doen?
- De werkelijke productieverliezen demonstreren
- De praktische tools en handleidingen (afgetoetst aan de praktijk in discussiegroepen) aanreiken
- De verzamelde kennis via het Koesensor-kennisplatform (www.koesensor.be) actief verspreiden
Met de handleidingen en tools kunnen melkveehouders en bedrijfsdierenartsen onmiddellijk aan de slag. Door de meest voordelige preventie‐ en behandelstrategieën te implementeren kunnen de melkproductieverliezen ten gevolge van mastitis beperkt worden. Het kenniscentrum zal ook advies verlenen aan melkveehouders, dierenartsen en erfbetreders die met vragen zitten omtrent sensortechnologie in de melkveehouderij.
Dit project wordt gesubsidieerd door het Vlaams Agentschap Innoveren en Ondernemen (VLAIO) en gebeurt in samenwerking met KU Leuven, M-teamUgent en Hooibeekhoeve.
JongLeven
Hooibeekhoeve voert een melkregimeproef uit waarin een groep kalveren die de eerste 3 levensweken ad libitum melk krijgt, vergeleken wordt met een controlegroep die beperkt melk krijgt. De opname, groei en gezondheidsgegevens van deze kalveren wordt nauwgezet opgevolgd.
Het doel van dit project is de jongvee-opfok op de Vlaamse melkveebedrijven te verbeteren en economisch efficiënter te laten verlopen. Samen willen we ervoor zorgen dat meer Vlaamse melkveehouders actief de opfok van hun vaarzen zullen monitoren (via meten/wegen) en meer vaarzen zullen afkalven op de optimale leeftijd van 24 maand. Zo zullen deze vaarzen een gezonder en langer leven tegemoet gaan en een groter levensproductie realiseren. We willen dit bereiken door:
- Opstellen van het ideale groeitraject en aanwijzen van kritische controlepunten tijdens de opfok van melkveevaarzen in Vlaanderen.
- Via dierproeven vastleggen van aangepaste opfokstrategieën voor optimale pensontwikkeling, penswerking en voederefficiëntie die vervolgens toegepast kunnen worden op andere bedrijven tijdens het project.
- Standard Operation Procedures (SOPs) voor een gezondere ontwikkeling van kalveren opstellen en implementeren op Vlaamse bedrijven tijdens de jongvee-opfok.
- Opstellen van een praktische gids over de voederopname, energie-, eiwit-, mineralen- en vitaminebehoefte van melkveevaarzen tijdens de opfok.
- Kennisverspreiding en kennistoepassing via Kenniscentrum JongLeven: website, online tools, publicaties, studiedagen, workshops, discussiegroepen, advies & doorverwijzing naar andere actoren.
Dit project wordt gesubsidieerd door VLAIO en verloopt in samenwerking met Hooibeekhoeve, Inagro en ILVO.
Doelgericht verlengen levensduur melkvee (goed voor boer en klimaat)
Dit project laat melkveehouders zien hoe groot de impact is van een verhoogde levensproductie en levensduur op het economisch resultaat en de broeikasgasemissie bij melkbedrijven. Want hoe langer een koe melk geeft, hoe minder jongvee nodig is om de melkstapel aan te vullen en hoe lager de methaanemissie per kilo melk. Hooibeekhoeve zal binnen dit project lerende netwerken en een demodag organiseren. Verder zullen ze ook één demobedrijf begeleiden.
Binnen dit project wordt de focus gelegd op twee cruciale periodes, namelijk de droogstand- en transitieperiode en de jongveeopfok. Hooibeekhoeve zal lerende netwerken (één netwerk jongveeopfok en één netwerk droogstand-en transitie) en een demodag organiseren. Verder zullen ze ook één demobedrijf begeleiden in de PDCA-aanpak (Plan-Do-Check-Act). Hiermee kunnen melkveehouders efficiënt en meer gestructureerd werken aan het planmatig verbeteren van gezondheid, welzijn en levensduur van melkvee.
Dit project wordt gesubsidieerd vanuit departement Landbouw en Visserij van de Vlaamse Overheid en verloopt in samenwerking met Inagro en ILVO.
Transitieperiode als monitoringsvenster voor nutritionele en metabole veerkracht van hoogproductief melkvee
Economisch gezien heeft de periode van 60 tot 90 dagen rond het afkalven een grote impact. Dit project heeft daarom als doel tools te creëren voor de individuele en dynamische opvolging van het transitiesucces. Deze tools zullen het mogelijk maken voor de veehouder om risicodieren gericht te identificeren, op te volgen en individuele preventiemaatregelen te nemen om de kans op problemen tijdens de transitieperiode te verlagen en de productiviteit en het dierenwelzijn te verhogen. In de loop van dit project zal het kennisplatform www.koesensor.be verder uitgebreid worden met informatie over indicatoren, sensortechnologie en biomerkers ter ondersteuning van het transitiemanagement. De start van dit project is voorzien in oktober 2018.
Dit project wordt gesubsidieerd door het Vlaams Agentschap Innoveren en Ondernemen (VLAIO) en verloopt in samenwerking met UGent, KU Leuven, ILVO en Inagro.
Pasteuriseren van biestmelk
Op Hooibeekhoeve wordt alle biestmelk gepasteuriseerd met het Coloquicksysteem om het vervolgens in te vriezen in de biestbank. Dit op voorwaarde dat de kwaliteit van de biestmelk voldoende is. Die biestkwaliteit wordt met een digitale refractometer gemeten.
Bij de geboorte van een kalf wordt er onmiddellijk een cassette biestmelk van 4 liter ontdooid en aan het kalf gegeven. Op deze manier krijgen alle kalveren in het onderzoek, via een gestandaardiseerd protocol, gepasteuriseerde biest van goede kwaliteit. Deze start is de basis voor een goed groeitraject van ieder kalf.
Gezonde klauwen op stal
Een goede klauwgezondheid bij melkvee is een absolute must voor een duurzame bedrijfsvoering met optimale producties. In het demonstratieproject ‘Gezonde klauwen op stal’ werd de klauwgezondheid op melkveebedrijven in beeld gebracht. De samenvattende brochure van dit project bevat informatie over het herkennen van koeien met klauwproblemen, de meest voorkomende klauwaandoeningen en praktische tips. De brochure kan je hieronder terugvinden.
Dit project werd gesubsidieerd vanuit het departement Landbouw en Visserij van de Vlaamse Overheid en verliep in samenwerking met KILTO vzw, KU Leuven campus Geel, PVL en DGZ.