Bestrijding
Bij de bestrijding van de eikenprocessierups zoeken we voortdurend naar de meest ecologische, mensvriendelijke en milieuvriendelijke oplossingen.
1. Waar en hoe bestrijden?
In de Leidraad Beheer Eikenprocessierups vind je een handig plan van aanpak terug. We adviseren om enkel te bestrijden in woonkernen of op drukbezochte publieke plaatsen zoals wandel- of fietswegen. In natuur- of bosgebieden wordt het biologisch evenwicht behouden door de natuurlijke vijanden van de rups, waardoor ze weinig of geen hinder veroorzaakt. Geen bestrijdingsmaatregelen nemen is het meest milieuverantwoorde beheer.
Rupsen en nesten wegzuigen of manueel verwijderen heeft de voorkeur op branden. Enkel als voorgaande methoden geen oplossing bieden, is een bestrijding met een erkend pesticide te overwegen.
2. Welke bestrijdingsmethoden bestaan er?
Als de eikenprocessievlinder moet bestreden worden, zijn zuigen en manueel verwijderen van jonge en volgroeide rupsen de meest directe en milieuvriendelijke manieren. Deze methodes zijn effectief en leveren minder risico’s op voor mens en milieu dan het gebruik van biociden. Ook branden heeft de voorkeur op biocidenbehandeling, maar dit geeft meer risico op beschadiging van de bomen, het ontstaan van bermbranden en het ongewild tverspreiden van brandharen. Zuigen, manueel verwijderen en branden zijn arbeidsintensieve methoden. Vooral later in het seizoen is er risico op blootstelling aan vrijkomende brandharen.
Begin 2020 gaf de provincie een vorming over het beheer van de eikenprocessierups. Hierin kwamen ook de verschillende bestrijdingsmethoden aan bod. De presentaties van deze dag lees je hier.
Zuigen of manueel verwijderen
Het wegzuigen van nesten met behulp van een industriële stofzuiger is effectief vanaf de vierde fase: als de rupsen zich gegroepeerd in de boom bevinden. Deze fase komt ten vroegste half mei voor. Oude spinselnesten kan je met deze methode het hele jaar door opruimen.
We organiseerden ook een demomoment, verschillende producenten toonden hun modellen en demonstreerden live in de bomen van het vormingscentrum van Malle hoe hun toestellen werken. In onderstaand document kan je alle technische informatie en details over de gepresenteerde modellen terugvinden.
Branden
Het wegbranden van eikenprocessierupsen is een achterhaalde techniek en wordt niet meer aangeraden. Bij het branden heb je kans op bermbrand, schade aan de boom en wordt er nog steeds een deel van de brandharen verspreid door de warme lucht. Met de droge voorjaren en zomers is het risico op bermbrand zeer groot.
Wil je toch rupsen wegbranden, hou dan hiermee rekening:
- Branden is mogelijk vanaf het derde ontwikkelingsstadium, maar pas efficiënt vanaf het vierde stadium van de rupsen, omdat ze vanaf dat moment op de stam van de eikenbomen verzamelen. Door de hete lucht wordt een deel van de brandharen verspreid in de directe omgeving.
- Voor het branden kunnen verschillende typen van propaanbranders gebruikt worden.
- Branden moet zeer nauwkeurig gebeuren. Je vermijdt schade aan de bast van de boom door de vlam niet loodrecht op de stam te richten, maar er langs te strijken zoals een schilder met zijn kwast. Brand alleen met het gele deel van de vlam. Begin bovenaan zodat de gevallen rupsen nogmaals door de vlam komen. Om te voorkomen dat rupsen die van de boom vallen weer tegen de stam opkruipen, brand je best na op de grond. Pas op voor bermbranden.
- Tijdens het seizoen moet je de methode enkele keren herhalen, zodat rupsen die op een later tijdstip (juni-juli) van de kroon naar de stam kruipen alsnog worden vernietigd.
Bladbespuiting met biociden
Wanneer je grote aantallen eikenprocessierupsen verwacht op specifieke plaatsen, kan je de bladeren met biociden bespuiten. Daardoor voorkom je dat later in het seizoen vervellingshuidjes en dode rupsen uit de bomen vallen. Voor het gebruik van een erkend biocide tegen eikenprocessierups moet je eerst toelating aanvragen bij de Vlaamse Milieumaatschappij. Biociden zijn enkel verantwoord indien andere methoden niet geschikt zijn. Biociden doden ook andere bladetende insecten.
Het gewenste resultaat krijg je alleen als de bomen voldoende blad hebben en de rupsen zich in het juiste ontwikkelingsstadium bevinden. De rupsen zelf bespuiten heeft geen zin: ze moeten het bestrijdingsmiddel opnemen via hun voedsel. De periode waarin je kunt spuiten is zeer beperkt. De weersomstandigheden moeten ook optimaal zijn: het moet overdag 15° C zijn, het mag niet hard waaien en tot 24 uren na de bespuiting mag het niet regenen.
Richtlijnen en de toegelaten periode voor de preventieve bestrijding worden gecommuniceerd via de nieuwsbrief en de leidraad voor het beheer van de eikenprocessierups. Niet-erkende pesticiden mogen vanzelfsprekend niet gebruikt worden.
3. Welk bestrijdingsmiddel mag ik gebruiken?
Sinds 1 januari 2015 geldt voor alle openbare diensten een verbod op het gebruik van pesticiden. Federaal erkende producten mogen gebruikt worden mits een voorafgaande toelating van de Vlaamse Milieumaatschappij en onder strikte voorwaarden. Niet erkende pesticiden mogen vanzelfsprekend niet gebruikt worden voor de bestrijding. Voor de bestrijding van eikenprocessierupsen met biociden zijn er in 2021 twee types producten op de markt, die afhankelijk van de locatie mogen ingezet worden:
- Binnen de bebouwde kom en niet in de buurt van oppervlaktewater dient de bestrijding te gebeuren met NeemPro®tect.
- Buiten de bebouwde kom of binnen de bebouwde kom in de buurt van oppervlaktewater (grachten, poelen, beken, rivieren) gebruik je het product Foray® ES op basis van de werkzame stof Bacillus thuringiensis.
Gelet op de potentiele negatieve impact van NeemPro®tect vragen we extra aandacht bij het juiste gebruik. Hieronder vind je de samenvatting van de karakteristieken van NeemPro®tect terug. Om te beslissen waar welke maatregelen aangewezen zijn, gebruik je de beslissingsboom uit de provinciale leidraad beheer eikenprocessierups.
4. Waar en wanneer mag ik biociden gebruiken?
Enkel voor plaatsen waar in 2020 grote hinder werd geregistreerd (via het aantal ingegeven nesten) kan je via een aanvraag bij de Vlaamse Milieumaatschappij (VMM) toelating krijgen om de eikenprocessierups te bestrijden met een erkend biocide. Daarvoor teken je de locaties waar je preventief wil spuiten in op de eikenprocessierupsenkaart via de knop 'aanvraag biocidebehandeling'. Je krijgt geen toelating als de locatie gelegen is in een voor de natuur kwetsbaar gebied. Deze plaatsen zijn aangeduid op de eikenprocessierupsenkaart. Opgelet, bij het gebruik van NeemPro®tect en Foray® ES moet je aan VMM op voorhand een toelating vragen via Procedure 3. Meer informatie vind je op Zonder is Gezonder.
Krijg je toelating om te spuiten, dan dient dit volgens strikte voorwaarden te gebeuren. De gebruikte hoeveelheden bestrijdingsmiddel moeten bijgehouden en gerapporteerd worden aan de VMM vóór 1 april van het jaar volgend op de behandeling.
Het verwijderen van nesten van de eikenprocessierups brengt gevaarlijk dierlijk afval met zich mee. Er zijn twee verwerkingsbedrijven in de omgeving die een vergunning hebben om de rupsenresten te verbranden. In het document hieronder vind je meer informatie.
5. Wie kan me helpen bij de bestrijding?
Hieronder vind je een overzicht van aannemers gespecialiseerd in de bestrijding van de eikenprocessierups.
Kan je de eikenprocessierups niet tijdig bestrijden, dan kan je de hulpdiensten inschakelen. Je kan uitsluitend een aanvraag indienen wanneer aan deze voorwaarden voldaan is:
- Alle aannemers zijn volzet en extra eigen personeel kan niet ingeschakeld worden.
- Het gaat over een drukbezochte openbare plaats die niet tijdelijk afgesloten kan worden én niet of laattijdig bestrijden veroorzaakt gezondheidsproblemen bij gebruikers van het terrein.
- Als stad of gemeente voorzie je zelf een hoogtewerker (bij voorkeur spinhoogtewerker) met chauffeur wanneer de nesten zich boven 3 meter bevinden.
Voldoe je aan deze voorwaarden? Dan kan je het aanvraagformulier hier indienen.
6. Wanneer pas ik welke bestrijdingsmethode toe?
Afhankelijk van de fase waarin de rupsen zich bevinden, worden ze op een andere manier bestreden. Onderstaande tabel geeft een indicatie van de ontwikkelingsstadia en mogelijke beheertechnieken:
Ontwikkelingsstadium | 2007-2019 (vroegste & laatste data) | 2020 | 2021 | Mogelijk beheer/bestrijding | Gevaar brandharen |
---|---|---|---|---|---|
Begin eerste larvaal stadium | 30 maart en 18 april | 5 april | 1 april |
|
Nee |
Begin tweede larvaal stadium | 14 april en 4 mei | 20 april |
|
Nee | |
Begin derde larvaal stadium | 27 april en 19 mei | 4 mei |
|
Nee, slechts op 1 segment | |
Begin vierde larvaal stadium | 13 mei en 15 juni | 26 mei |
|
Ja | |
Nestvorming / verpoppen | 22 mei en 29 juni | 16 juni |
|
Ja | |
Eerste vlinder | 11 juni en 21 juli | 31 juli |
|
Ja |
Een voorbeeld van technische bepalingen in een bestek voor de bestrijding van de eikenprocessierups, kan je hier downloaden.
Meer info?
Bekijk de presentaties van het afgelopen webinar van maart 2021. De presentaties van het webinar over de verschillende beheermethoden vind je hier.
Wil je op de hoogte blijven van de verspreiding en meest actuele bestrijdingstechieken en -middelen? Schrijf je in voor de nieuwsbrief.